De paaspauze is afgelopen. De scholen zijn weer open. Halftijds contact- en afstandsonderwijs voor tweede en derde graad, voltijds voor de anderen. Het is goed dat de scholen heropenen. Om een grotere leerachterstand te vermijden, om de huidige leerachterstand in de klas bij te kunnen werken én voor het welzijn van de leerlingen en hun ouders. Het is jammer dat het niet mogelijk werd geacht om ook voor de tweede en derde graad en voor het niet-leerplichtonderwijs de lessen volledig te hervatten.
De scholen openen moet absoluut veilig gebeuren. Daarvoor is ventilatie cruciaal, zeggen experten al een jaar lang. Een goede ventilatie kan het risico op besmettingen tot 70 procent verminderen. Een eerste stap voor een gezonde lucht in de klas is het voorzien van een CO2-meter. Aan de hand van CO2-meters kan goed worden ingeschat of de verluchting in een lokaal voldoende is.
Een jaar na de uitbraak van de coronacrisis beschikt nog steeds de meerderheid van de klassen niet over zo’n meter. Volgens Teachertap op 21 maart jl. gaf 65% van de ondervraagde leraren aan dat er geen CO2-meter in de klas is. In 26% van de gevallen werd de meter doorgegeven van klas naar klas, in slechts 4 procent van de gevallen was er een CO2-meter in de klas. Om dit probleem nog eens onder de aandacht te brengen, voerde ACOD deze week actie. De vakbond stelde CO2-meters ter beschikking van leerkrachten die de luchtkwaliteit in hun klaslokaal willen meten.
De minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) schuift de verantwoordelijkheid van zich af: ‘Ik heb een budget voor coronamaatregelen aan de scholen gegeven, die moeten nu zelf bepalen wat ze daarmee doen’. Vanuit verschillende scholen hoorden we echter dat dit budget onvoldoende is. Naast een gebrek aan CO2-meters, geven scholen ook aan dat ze onvoldoende budget hebben voor de installatie van ventilatiesystemen.
Mijn vragen: